Periode V: 1659 - 1823

1685: Graafschap Steenhuffel: glorieperiode Diepensteyn

Dochter Isabelle Kesseler huwde in 1654 met Graaf Eugeen Ambrosius van Maldeghem. Hij was de zoon van Filips van Maldeghem en Maria de Barea, kamervrouw van Aartshertogin Isabella Eugenia. Isabella aanvaardde het meterschap en de aanvoerder van het Spaanse leger Ambrosius Spinola het peterschap, vandaar de naam Eugeen Ambrosius.
In 1675 breidden zij Diepensteyn uit met een koetshuis, paardenstallen en een poortgebouw met ophaalbrug. Hun huwelijk werd vereeuwigd in het brandglas boven de hoofdinkom van het kasteel. De Spaanse koning Karel II verleende in 1685 de titel van Graaf van Steenhuffel. Zo werd Steenhuffel een Graafschap. De Heerlijkheid Diepensteyn beleefde nu haar glorieperiode, zoals blijkt uit de koperets van Leroy uit 1696.

Ambrosius van Maldeghem
 

1720: Rentmeester Theodoor Cornet: bier in de rekeningen

Graaf Jean Dominique de Maldeghem gaf in 1720 aan zijn rentmeester Theodoor Cornet de opdracht de tweede toren en de gaanderij met kolommen uit blauwe hardsteen af te breken en de toegangsbrug te herbouwen uit steen. Dit is te zien op de gedenksteen in de brug: ‘J.D.D.M 1720 T.C.’.

Archiefstukken tonen aan dat Theodoor Cornet in de herberg-brouwerij De Hoorn in het dorp geregeld bestellingen deed van bier voor rekening van de graaf. Wellicht was dit een zwaarder bier om goed te bewaren en verder te rijpen op eiken vaten in de kelders van het kasteel. Het huidige succesbier CORNET is er een replica van.

Meer weten over deze periode?

Lees online